Over
Water in Troyes door de eeuwen heen.
Al in het Neder-Paleolithicum (rond 400.000 v.Chr.) werd de regio bewoond door nomaden, die vrijwel zeker in het moerassige gebied rond Troyes de middelen vonden die ze nodig hadden voor hun tijdelijke nederzetting. Deze bevolkingsgroepen werden sedentair rond 5000 voor Christus.
In de eerste eeuwen na Christus kozen de Romeinen deze plek voor hun castrum (versterkte stad) Augustobona Tricassium, omdat ze zo de brug Via Agrippa konden bewaken die Milaan met Boulogne-sur-Mer verbond. De oude stad ligt op een alluviaal terras niet ver van de rivier de Vienne. Later werd de stad beschermd door stadsmuren omzoomd met grachten. Water beschermde de stad, die voornamelijk van hout en stro was gebouwd, ook tegen branden.
Vanaf de 12e eeuw werden er een aantal watermolens gebouwd langs de kanalen die bekend staan als rus. Ze voorzagen werkplaatsen, leerlooierijen en manufacturen van water en dienden als riolering.
Drinkwater kwam uit het Canal de la Moline, dat vanaf de Seine liep en de moerassen in het oosten afwaterde, en het Canal des Trévois in het zuiden. Schoon water was van levensbelang voor de inwoners, die de wasserijen, washuizen, openbare baden en stoombaden bezochten.
In 1805 liet Napoleon het Canal de la Haute-Seine en het Bassin de la Préfecture bij de Ru Cordé graven om Parijs met het Canal de Bourgogne te verbinden en het koopvaardijverkeer te stimuleren.
Tussen de 15e en 19e eeuw onderhield de stad, naast de vele privéputten, tegen hoge kosten ongeveer 70 openbare putten. Vanaf 1850 kwam er echter stromend water in de stad en werden de putten niet meer gebruikt en vaak vernield omdat ze het verkeer belemmerden. De meeste grachten en beken werden in de 20e eeuw gedempt en de "Bains Douches" (douchebaden) werden vervangen door het zwembad van Vouldy, nu het zwembad Lucien Zins.
Vandaag herontdekt Troyes zijn kanalen en waterputten, die je tegenkomt als je door de kurk wandelt. Met hun gebeeldhouwde stenen boordstenen en fijn bewerkt ijzerwerk zijn ze gebouwd volgens oude plannen en vaak geïnstalleerd op de plek waar hun verre voorgangers hadden kunnen zijn.