De wijk Saint-Jean-au-Marché
Het is vooral in het stedelijk weefsel dat we de herinnering terugvinden aan het tijdperk van de grote Champagnebeurzen. Deze werden gedurende meerdere weken gehouden. De zomerkermissen begonnen op Saint Jean. De wintermarkten begonnen op Saint Remi in oktober. De wirwar van straten, pleinen en besloten binnenplaatsen geven een idee van hoe de stad er in die tijd uitzag.
De straten en huizen van Troyes
Bepaalde straatnamen, die sinds de middeleeuwen niet zijn veranderd zouden de marktlui van toen zeer bekend voorkomen zoals: “la rue de la Montée des Changes”, “la rue Champeaux”, “la rue de la Pierre”, en de “la rue des Anciennes Tanneries”: namen die het beeld oproepen van de tijd van toen.
Ook zouden de kooplui ongetwijfeld de silhouetten herkennen van de in de 16e eeuw naar origineel ontwerp herbouwde huizen, met de overhangende daken, kruisvensters,en niet te vergeten, de muren van vakwerk en leem; bouwmaterialen die in het middeleeuwse Champagneveel gebruikt werden.
Een groot deel van deze huizen is daarbij onderkelderd, met booggewelven, waarbij enkele over twee verdiepingen, die waarschijnlijk opslagplaatsen waren van kooplui en lakenhandelaren.
De gewijde bouwkunst
Vanaf de 12e en 13e eeuw ziet men ook elementen van religieuze architectuur, bewijs van de vroomheid van deze mannen en de talloze donaties van de rijkere kooplieden. In het hart van het quartier des Foires getuigen het schip van de église saint Jean au Marché, de toren van de église de Saint Rémy en ook een groot gedeelte van de église Sainte Madeleine, en de basilique Saint Urbain (1262-1286) en zijn ramen van deze periode. De Kathedraal, waarvan de bouw begonnen wordt voor het einde van de 12e eeuw, wordt in de volgende eeuw verder afgebouwd. Bepaalde raampartijen zijn uit deze periode net als de schat die onder andere een mooie verzameling 12e- en 13e-eeuws brandschilderwerk uit Limoux en de Maasstreek bevat.
Het Troyes van de grote Jaarmarkten mag dan een belangrijk plaats van commerciële uitwisseling zijn, het is ook een ontmoetingsplaats waar mensen ideeën uitwisselen. Dit bruisende intellectuele levenkan gedeeltelijk worden afgemeten aan de geschreven werken die bewaard zijn gebleven in de de oude bibliotheek van Troyes. Deze bevat onder andere de verzameling van Graaf Hendrik I de vrijgevige en zijn vrouw Maria van Champagne, de eerste bekende prinselijke Franse bibliotheek sinds Karel de Grote.
In de middeleeuwen geven de Graven van Champagne prioriteit aan commerciële belangen: ze stellen een gedragscode voor de jaarmarkten in en de marktpolitie, die moet zorgen voor de veiligheid van reizigers, kooplui en het eerlijke verloop van transacties.
In een kalenderjaar worden 6 grote jaarmarkten gehouden: 2 in Provins, 1 in Lagny, 1 in Bar-sur-Aube, en 2 hele grote in Troyes (de “warme markt” van Saint Jean, en de “koude markt” van Saint Rémi).
Geldwisselaars en bankiers spelen een belangrijke rol, want alleen de munteenheid van de Graven en de koning zijn toegelaten. De Graven bieden daarom bescherming aan de joodse gemeenschap, waaruit Rachi voortkwam. De église Saint-Jean-au-Marché is het middelpunt van het quartier des Foires. Bepaalde straten hebben hun beeldende naam behouden: rue de la Montée des Changes, place du Marché au Pain. De Jaarmarkten zijn ontmoetingsplaats voor de hele westerse wereld: men vindt er Vlaamse, Engelse, Spaanse wol, zijde, leder, bont, specerijen, edele houtsoorten zilverwerk.
Uit deze tijd stamt het “Livre Troy“, ofwel het Troy Pound, een meeteenheid voor gewicht die gebruikt werd voor zilverwerk en edelsmeedkunst, en die hiervoor tegenwoordig nog in Groot-Brittannië gebruikt wordt.
Toen Troyes heerste op het vlak van de handel en financiën
Aan het begin van het tweede millennium speelde de stad een hoofdrol in de activering van de internationale handel.
De weg van de handelaars van over heel Europa en zelfs van overzee ging noodgedwongen door Troyes. Beursstad, de stad met Keltische bevolking verdubbelt daarna van een financieel centrum van belang dat niet zou misstaan naast Londen.
De Angelsaksen gebruiken nog steeds een uit die tijd daterende maatstaf om edele metalen te wegen. Die heeft een naam die alles zegt over de oorsprong : de once troy.
Troyes, spil van de internationale handel
Tien eeuwen terug vond Troyes de globalisering uit. Dat is ongetwijfeld kort door de bocht Maar deze bewering bevat toch een deel van de waarheid. Troyes was inderdaad zowel draaischijf van de internationale handel als een financieel centrum van belang in de 12e en 13e eeuw.
De handelaars stroomden van heel Europa en zelfs vanuit verre contreien toe om hun goederen te verhandelen tussen Brugge en Venetië, Parijs en Germanië. Zo’n duizend buitenlanders kwamen de populatie versterken met 10.000 tot 20 000 zielen in normale tijden, al een aanzienlijk aantal voor die tijd.
Het was het tijdperk van de beroemde Champagne jaarmarkten, waarvan een verre nakomeling nog steeds bestaat.
Een georganiseerde handel met vaste regels
Men heeft altijd geprobeerd goederen te ruilen, zowel in Troyes als elders. Maar wat de stad zo uniek maakt, is de organisatie die de politieke macht heeft ingesteld om de handel te ontwikkelen en het grondgebied te laten bloeien.
De lokale heren verbeteren de communicatie, bouwen hallen en pleinen, reglementeren de gewichten en maten, leggen een unieke munt op voor de transacties – de denier provinois. En bovenal garanderen ze de juridische veiligheidvan de handelaars en hun handelswaar, zelfs buiten de grenzen van het graafschap, in tijden waar elke weg kan veranderen in een hinderlaag en je in elk bosje het leven kan laten, wat mende “leiding van de markten”noemt.
Zes jaarmarkten, gehouden in vier steden
De koning zelf neemt op zijn beurt de handelaars in bescherming. De beurzen worden uitgesplitst tussen vier steden die in totaal zes beurzen organiseren: Troyes en Bar-sur-Aube in de Champagne, Lagny en Provins in de Brie (het huidige Seine-et-Marne), zodat de handel het hele jaar door niet wordt onderbroken.
In Troyes onderscheidt men de “warme markt”of de beurs Saint-Jean, die in de zomer wordt gehouden, en de “koude markt”of de beurs Saint-Rémy, die in de winter plaatsvindt. Die duren tot twee maanden achtereen!
En men kan gerust zeggen dat deze beurzen een grote bazaar zijn. Men verkoopt en koopt er zowel stoffen als wijn, kolen of dieren van de Somme, zowel edelstenen als farmaceutische kuren. Een historicus noteerde er twaalf categorieën producten in totaal. Koning Charles IX bevestigt dat “Troyes het magazijn is van de meest commerciële delen van Europa”.
Het Once Troy maakt nog steeds de dienst uit
Tussendoor even een raadseltje: wat weegt er exact 0,0311034768 kilogram? U zou antwoorden: “Ik weet het niet en in elk geval zijn het alleen de Britten die die rare cijfers uitvinden! “ En u heeft gedeeltelijk gelijk.
Die 31,103 gram (afgerond) zijn die van de “troy ounce”,de eenheidsmaat die wordt gebruikt in de Angelsaksische landenvoor het wegen van goud, zilver, platina en edelstenen.U raadt het al, in deze “troy ounce”, letterlijke vertaling van het Frans “once troy” onthult de once van Troyes.
Het once troy is een directe erfenis van de Champagnebeurzen. Met een waarde van een twaalfde van een pond troy, werd deze in de Middeleeuwen gebruikt om allerlei voorwerpen en goederen te wegen. Beschikken over een vaste, monetaire standaard was een enorme vooruitgang in een tijd waarin het bankbiljet niet bestond en waar de gewichten en maten varieerden van stad tot stad.
Dat het once troye onze tijd heeft overleefd zegt veel over het belang van de Champagnebeurzen op het Christendom en de invloed ervan op de handelstransacties in de 12e en 13e eeuw. De once is uit Frankrijk verdwenen omdat die tijdensFranse Revolutie vervangen is door ons huidige metrische stelsel.
Een andere meeteenheid die bij de beurzen werd gebruikt, de marc van Troyes, heeft ook een mooie carrière achter de rug. Weegt 244,75 gr en werd gebruikt voor de productie van koninklijke ponden. De denier de Provins, het geld van de Graven van Champagne, werd deze door historici niet gedoopt als “de dollar van de middeleeuwen”?
Warme beurzen, Koude beurzen, de terugkeer
Men dacht dat ze verdwenen waren aan het einde van de 13e eeuw: fout! De Champagnebeurzen bestaan nog steeds, en ze heten nog steeds Champagnebeurzen. Ze kregen de vorm van een grote jaarmarkt-tentoonstelling die jaarlijks in Troyes plaatsvindt aan het einde van de lente.
Daar vinden we een wirwar vanhandelarenenvaklieden, optredendezangers entijdelijke restaurants, beroepen die zichzelf promoten, clubs en verenigingen die demonstraties geven, stands,exposities,activiteitenen spelletjes.
Kortom, het is een vrolijke rommel, die sterk doet denken aan de grote markten van weleer, die in de Middeleeuwen,die je je graag luidruchtig en kleurrijk voorstelt. En als een extra knipoog naar de kosmopolitische kant van hun glorieuze voorouders, honoreren de Champagnemarkten elk jaar een ander buitenland.
De jaarmarkt van maart
Wacht, dat is nog niet alles, want er zijn nog andere “beurzen” in Troyes. Zoals men het vroeger had over de “Warme beurs” en de “Koude beurs”, spreekt men vandaag van de “beurs van maart”. In werkelijkheid gaat het om een groot formaat kermis, die het seizoen in het noordoosten van Frankrijk inluidt.
Ondanks deachtbaan, een spooktrein enbotsautootjes, zeggen de bewoners hier dat ze “naar de beurs gaan”. Een herinnering aan het verleden en een volharding van de woordenschat die veel zegt over ons collectief onderbewustzijn !
Wilt u nog meer ? Wie durft te beweren dat de uitzonderlijke concentratie aan modeboetieks onder de naam “merkencentra”, die oude fabriekswinkels waar we het eerder over hadden, ook geen herrijzenis van het verleden vormt ?
Houd in gedachten dat de handel in lakens, zijde en andere stoffen de spil was van de beurzen in de Champagne in de middeleeuwen.